teksten © Marlies Verhelst, tenzij anders vermeld

 

 

 

 

 

Weblog 2011

 

 

C

                              

WEBLOG 2011

15 december 2011

In de herfstvakantie was ik in Stockholm waar ik mijn favoriete gedichtenboek voor kinderen van Hans en Monique Hagen in het Zweeds zag liggen. Geweldig als je boeken in andere landen verschijnen. Zouden mijn boeken het ooit ook nog eens tot een vertaling schoppen?

 

 

1 december 2011

'Zie de maan schijnt door de bomen. Makke stakker wild geraas.' Zo zingt mijn zoon uit volle borst dit lied. Het valt ook niet mee met al die verouderde woorden!

 

 

17 november 2011

Lucht en latex. Daar kun je leuke dingen mee doen. Voor Niels Duinker is het een fluitje van een cent, maar ik was supertrots op de eerste hond die ik vandaag maakte van een ballon.

 

 

Aan de hand van Niels’ dvd ‘Leer Ballonfiguren Maken’ had ik deze week al wat geoefend, maar veel verder dan het knoopje in de ballon was ik niet gekomen. Niels kwam vandaag op de koffie en deed de juiste technieken live voor. Leren van de Master: wat wilde ik nog meer? Niels draaide de ene figuur na de andere in elkaar. Zijn hoofdvak is eigenlijk jongleren. Op twaalfjarige leeftijd begon hij ermee. Training en discipline. En liefde voor het vak. Die dingen hebben hem gebracht waar hij nu al is. Niels is een veelgevraagd en succesvol jongleur die wereldwijd optreedt op internationale podia en cruiseschepen. Hij won veel jongleer- en circuscompetities over de hele wereld. Een echte ster. Leerde ik Niels vroeger de beginselen van de Nederlandse taal, nu was ik zijn leerling. Grappig. En leerzaam.

 

 

27 oktober 2011

Een week geleden was ik nog in Stockholm. Toen ik deze zomer in Kloten, midden Zweden was, wist ik dat ik ook een keer naar Stockholm wilde en dat dat geen jaren moest duren. We vertrokken op 17 oktober voor vijf dagen. Het was geweldig. Het uitzicht vanaf de tv-toren was groots en de muffins smaakten op 110 meter hoogte voortreffelijk.

 

 

Het techniekmuseum was leuk voor jong en oud. De speelhoek in het politiemuseum bood uren speelplezier. Het Nordiskamuseum was gevestigd in een schitterend pand. Het geborgen schip uit 1628, Vasamuseet, was groot en indrukwekkend. De visjes in het aquarium sprongen zo grappig. De pont naar Slussen was snel. De oude stad Gamla Stan was gezellig en knus. De skyview in een glazen bol over het Ericsson Globe Stadion was een avontuur op zich. In het Vasapark speelden de kinderen gezellig. Alles was leuk, maar het aller-, aller-, allerleukst was Junibacken, een sprookjeshuis voor kinderen.

 

 

In een treintje reden we langs de taferelen uit de boeken van Astrid Lindgren. We luisterden in het Nederlands naar de verhalen over Jonathan en Kruimel, Madieke, Ronja en nog veel meer verhaalpersonages. Na de treinrit konden we spelen in het huis van Pipi Langkous of in de vele andere huisjes rond kinderboekenfiguren. Het was zo leuk dat we een tweede dag nog eens teruggingen.

 

 

Nu zijn we weer thuis en moeten het doen met boeken en herinneringen. We lezen Nils Holgersson en De gebroeders Leeuwenhart, eten knäckebröd en denken terug aan die geweldige stad. Tack tack!

 

 

16 oktober 2011

Lange rijen (niet alleen voor Geronimo Stilton). Leuke voorlees- en tekenoptredens. Een zingende schrijfster. Een levensgrote Kikker, Muis, Dikkie Dik. Op handtekeningen jagende kinderen. Ballonnen. Workshops Heldenpoppetjes maken. Boeken. Heel veel boeken. De kinderboekenmarkt in Den Haag is hartstikke leuk.

 

 

15 oktober 2011

Vandaag eindigt de kinderboekenweek. Leukste moment was het voorlezen van Springplank, mijn gedicht uit Vijf draken verslagen, Querido’s poëziespektakel 4. Ik vroeg aan de kinderen in Klazienaveen wie er van een springplank van tien meter hoog durfde te springen. Enthousiast gingen alle vingers omhoog. Toen ik vertelde dat een kamer doorgaans 2 meter 50 hoog is. Springen van een duikplank van tien meter komt dus eigenlijk neer op springen van de vierde woonlaag van een flat. Oei. Direct gingen er een hoop vingers omlaag. Moedig!

 

 

2 oktober 2011

Een goudkleurig jurkje. Bijpassende beige pumps. Haren tot in perfectie verzorgd. Een mooi sieraad om haar nek. Anita van Breukelen. Ze mag zich nu officieel schrijfster noemen. Trots was ze. Nadat zij in 2002 een verhalenwedstrijd won en haar verhaal in de Libelle geplaatst werd, wist zij dat zij door wilde gaan met schrijven. Vandaag presenteerde zij bij Plantage boekhandel Van der Plas in Amsterdam haar debuutroman Kiezen of delen, een liefdesroman over de 29-jarige tandartsassistente Isabel.

Anita overhandigde in bijzijn van uitgever Larry Iburg het eerste exemplaar aan tandarts drs. A. Pouramiri, die het boek al gelezen had en zeer enthousiast was over de inhoud. Met weemoed dacht ik terug aan 2009, toen ik mijn eerste kinderboek presenteerde in de bibliotheek van Spijkenisse. Een debuut is bijzonder. Een debuut moet je vieren. Vanmiddag was alles feestelijk. Na de drankjes, hartige en zoete hapjes kreeg iedereen een tube tandpasta. Zou dat het idee van mevrouw Pouramiri geweest zijn?

 

 

24 september 2011

Vandaag werden de inwoners van Spijkenisse verrast door kunst. In de Voorstraat en het Noordeinde stonden bij diverse locaties kunstenaars die de mensen van 12.00 uur tot 17.00 uur doorlopend verleidden met zang, dans, muziek, toneel of poëzie. Samen met dichter Remon Tiggelman was ik aanwezig in het cachot in Spijkenisse. Ik gaf een korte presentatie over Jan Campert, journalist, schrijver, dichter en verzetsman, die in 1902 geboren werd in Spijkenisse en overleed in 1943 in Neuengamme in Duitsland. Na de informatie over Campert droeg ik Het lied der achttien dooden voor. Heel indrukwekkend en beklemmend, zeker vanwege de locatie, de cel in het cachot waar ik me met het publiek bevond. Daarna nam ik de mensen mee naar de cel naast die ‘van mij’, waar Remon Tiggelman twee gedichten voordroeg uit eigen werk, o.a. een gedicht over vrijheid. Het was een bijzondere dag. Zeker vijftien keer kwamen Remon en ik in actie. De reacties van het publiek waren verschillend: sommigen knikten instemmend, herkenden de woorden van Campert, dachten na over de oorlog, de verhalen van familieleden, anderen klapten of spraken uit dat ze onder de indruk waren van de gedichten. Veel waardering vandaag: van de mensen voor de poëzie en van ons voor het publiek. Poëzie leeft. 

 

 

4 september 2011

Ik zie er een beetje moe uit op de foto, maar dat mag ook wel na een dag Manuscripta. Boekpresentaties bijwonen, uitgevers spreken, langs de stands slenteren, veel handen schudden, met boekhandelaren kennismaken en gezellig thee drinken met leuke collega’s. Mijn vriendin Anita van Breukelen stond als een trotse koningin in de stand van Ellessy. Haar debuutroman, Kiezen of delen, verschijnt begin oktober. In de stand hing haar poster en er waren boekenleggers. Dit jaar komen er van mij in ieder geval drie boeken uit: een deel uit de reeks Spannend, een samenleesboek en een canonboek. Het wordt een mooi boekenjaar.

 

 

28 augustus 2011

Ik was uitgenodigd voor het 25-boekenbal in Schijndel. Afgelopen maand verscheen het vijfentwintigste boek van kinderboekenschrijfster Netty van Kaathoven en dat feit vierde zij met vrienden, familie en collega’s. De feestlocatie, De Zwengel, was kleurrijk ingericht met slingers van boekcovers. Er was een heuse dresscode. ‘Zo kleurig mogelijk en liefst iets met een verwijzing naar boeken, schrijvers, letters of taal. Een hoed van een krant? Een oorbel van een boekje? Een broche van een gedicht gemaakt? Een boekenlegger als stropdas?’

Er waren heel wat creatievelingen. Ik signaleerde oorbellen met boekcovers, haarspeldjes vol letters, een riem vol letters. Er spotte zelfs twee meisjes met rokjes die gemaakt waren van een krant. Opvallend was dat de schrijvers onder het gezelschap op kledinggebied beduidend minder creatief waren dan de overige gasten. Zij zouden later op de middag hun creativiteit tonen.

Om half drie toog iedereen naar buiten voor een literaire wandeling door Heemtuin De Blekert. Op verschillende mooie locaties onderbraken we de wandeling voor een literaire voordracht van één van de schrijvers.

Langs de rondweg leest Netty een ‘vrachtwagengedicht’ over een jonge trucker voor. Accordeonmuziek van Tineke en het geluid van langsrazende auto’s zorgden voor de juiste sfeer.

 

 

 

Ik mocht twee gedichten voorlezen tegenover – heel toepasselijk - de waterput: De zeeman en Springplank. De zeeman staat in Leesparade 4, een leesmethode van Delubas. Springplank las ik helaas nog voor van een A4-tje. Het gedicht staat in Vijf draken verslagen, de vierde bundel van Querido’s Poëziespektakel die deze week verschenen is. De auteursexemplaren worden komende week verstuurd. Het gedicht beleefde vandaag feitelijk zijn publiekelijke doop.

 

 

 

Het 25-boekenbal was een ontzettend gezellig feest. Netty, op naar de volgende 25.

 

 

14 augustus 2011

De visite is weg, het lunchbuffet is opgeruimd en de extra stoelen zijn weer opgeborgen. Omdat een groot deel van mijn kennissenkring en familie volgende week op vakantie is, besloot ik om vandaag al mijn verjaardag te vieren met een lekker, gezond, hartig en biologisch lunchbuffet. Geïnspireerd door het boek van Amber Albarda en het besef dat je zuinig moet zijn op je lichaam had ik de lekkerste en gezondste salades gemaakt, de heerlijkste crackers bij de natuurwinkel gekocht en veel zaden, noten en groente op tafel gezet alles zonder E-nummers, overbodige kunstmatige stoffen en andere verderfelijke toevoegingen.

 

 

Ik kreeg ook cadeautjes in stijl: make-up en crèmes van dr. Hauschka (zonder synthetische stoffen), roestvrijstalen koekenpannen zonder de antiaanbaklagen die je in de loop der tijd opeet, fijne massage- en huidoliën van Weleda en Kneipp, een bon voor een lekkere gezichtsbehandeling, een boekje over Stockholm, onze volgende vakantiebestemming en nog veel meer leuke gaven. En ik ben nog niet eens jarig en dus nog niet ‘een jaartje ouder’. Is dat even genieten!

 

 

 

 

8 augustus 2011

Ik ben dol op vaste gewoonten. Zo eten we na een tandartsbezoek altijd pannenkoeken. Een uitstapje naar de Efteling lijkt ook een traditie te worden. Twee weken geleden was het zover. Met de tassen vol pakjes, flesjes en belegde boterhammen gingen we op weg. Mijn zoon van vier was vooraf al een dag zoet met het bestuderen van het fotoboekje dat ik jaren geleden eens in de Efteling kocht. Van vorig jaar herinnerde hij zich nog de stoomtrein. Dat vond hij destijds het hoogtepunt van de dag. De dag zelf verliep ook volgens vaste gewoonten. Als eerste gingen we naar Droomvlucht, mijn favoriete attractie. Daarna bezochten we Fata Morgana. Keek mijn zoon vorig jaar nog vol verwondering rond, nu dacht hij meer na over wat hij zag. ‘Die tijger, kan die naar ons toekomen? Die tovenaar vind ik eng. Is die echt of niet?’ Je begrijpt al dat het tegen onze traditie in die dag bij één bezoek aan Fata Morgana bleef. Rond lunchtijd stapten we in de gondelbootjes en aten we in alle rust de meegenomen boterhammetjes.

 

 

De stoomtrein was voor Berend weer het hoogtepunt van de dag. Maar voor mij moest het hoogtepunt nog komen. Ik verwachtte dat mijn zoon na afloop bij de eerste bocht al in slaap zou vallen van alle opgedane indrukken. Nee, met het fotoboekje in zijn hand beleefde hij de dag opnieuw. Heel intens. En het bleef niet bij die ene herbelevenis. Elke avond voor het naar bed gaan komt het boekje weer uit de kast. En elke keer stelt hij dezelfde vragen. ‘Waarom was er een storing bij Raponsje? Wat zei die heks? Hoe heet die uitkijktoren ook al weer? Waarom mag je in Droomvlucht geen pakje drinken?’ En wij beantwoorden keurig de vragen. Keer op keer. Traditie, hè! ‘

 

25 juli 2011

In twee kinderboeken die ik schreef, speelde het vissen al een rol. Zelf had ik echter nog nooit een hengel in handen gehad, moet ik eerlijk bekennen. In Zweden kwam daar ineens verandering in. Mijn zoon had de smaak van het vissen te pakken. Hij wilde echt elke dag naar het meer. Viste hij eerst met een zelfgemaakte hengel waar aan een dik touw een takje bungelde, al gauw verving mijn man touw en takje door een echt tuigje. Uiteraard ging ik elke vissessie mee. Omdat turen naar andermans dobber of kijken hoe iemand een lijn uitgooit saai is, nam ik ook maar een hengel ter hand. En geloof het of niet: ik had beet! Wat was ik trots. Jongen, jongen, wat was ik trots. De vrouw die het eten bereidt, was een jager geworden. Wie had dat gedacht? Maar een echte jager bleek ik niet te zijn, want ik liet mijn man het haakje uit de vis halen. Dat weer wel.

 

 

23 juli 2011

Tijdens onze vakantie in Zweden zouden we leven zoals de Zweden. Dat betekende vissen in het nabijgelegen meer en je eigen vis voor het avondeten vangen. Mijn man had vooraf diverse filmpjes op YouTube bestudeerd waarin getoond werd hoe je een snoek moest fileren. De Zweedse meren zaten vol met snoek. Een scherp vismes ging mee in de kofferbak. Bij aankomst kochten we gelijk een visvergunning. En zo stonden we de eerste avond na aankomst met ons drieën te turen naar het water van Långvattnet. En ja, hoor, na korte tijd had mijn man een snoek aan de hengel.

 

 

‘Jippie!’ riep mijn zoon toen hij de spartelende vis zag. ‘We hebben een vis! Lekker.’ Ik leidde even zijn aandacht af. Hoe het komt dat de spartelende vis ineens heel stil ligt, hoeft een vierjarig kind niet te weten, toch? Met de fileerkennis van YouTube maakte mijn man vakkundig filetjes.

 

 

Ik bakte de vis en we genoten van de maaltijd. Die traditionele rolverdeling mocht wat mij betreft die vakantie zo blijven: de man vist en de vrouw bereidt het eten. Ik zag mezelf nog niet met een hengel in de hand naar het water turen als een jager op zoek naar eten. Maar ik zag het helemaal fout (wordt vervolgd).

 

 

 

18 juni 2011

Soms moet je antibioticum tot je nemen. Momenteel slik ik bijvoorbeeld amoxicilline, een antibioticum dat een akelige ontsteking in mijn vingers te lijf moet gaan. Van antibioticum in mijn vlees en zuivel moet ik niets hebben. Ik eet dan ook zoveel mogelijk biologisch. In het kader van ‘Lekker naar de boer’ was ik vandaag op de open dag van een biologisch zuivelbedrijf in Schipluiden. Familie Van Paassen opende haar deuren. Hun koeien hebben meer bewegingsvrijheid en zullen zo minder snel ziektes op elkaar overdragen. Zij hebben daardoor minder vaak medicijnen nodig. Verder hebben de dieren minder last van stress en zo is de hormoonspiegel op een natuurlijk niveau. Geen stress- en groeihormonen in biologische koeien en hun melk.

Ik heb samen met man en zoon veel gedaan: kalfjes van twee weken oud geaaid, gewandeld door de moestuin, de stallen bezocht, gekleurd, een portemonnee van een melkpak gemaakt, maar het leukste was het zelf maken van boter. Je schudt je verloren, maar de beloning erna – een plakje biologische ontbijtkoek met zelfgemaakte boter – is het waard!

 

 

5 juni 2011

Vandaag veel inspiratie opgedaan bij Boekids, literair jeugdfestival in Den Haag. Samen met Kate Schlingemann en Diet Groothuis sta ik hier met de koningin van de letteren. We volgden gedrieën workshops bij Erik van Os en Hans Hagen. Ook de voorleesoptredens van Ted van Lieshout en Sjoerd Kuijper waren zeer de moeite waard.

 

27 mei 2011

Vandaag zat ik als surveillant bij het havo-eindexamen economie. Zo’n zeventig leerlingen zwoegden in gymzaal B op de opgaven. De jongen die vorige week tijdens het examen Engels nog een bakje studentenhaver op zijn tafeltje had staan, was er ook weer. Slimme jongen, dacht ik toen nog. Nu at hij continu druivensuikertabletten. Ook lag er een pakje stroopwafels en een rol Mentos op zijn tafel. Snelle suikers en chemische toevoegingen. Het nuttigen van studentenhaver voor of tijdens je examen zou je concentratie verhogen. Het kan wel 0,4 punt schelen in je cijfer. Kennelijk had de jongen veel vertrouwen in zijn capaciteiten op het gebied van economie. Toch jammer, want gezonde voeding eet je niet alleen om een hoger cijfer te halen.

Eén blik door de examenzaal leverde veel kunstmatige smaakversterkers, zoetstoffen, geraffineerde suikers en cafeïne op de examentafeltjes in de vorm van winegums, energiedrankjes, flesjes cola, eierkoeken, literpakken Optimel drink, plakken cake en drop. Misschien moeten de leerlingen niet alleen les krijgen in schoolvakken als economie, wiskunde, Nederlands en Engels, maar ook in voedingsleer. Wel zo slim… en gezond.

 

 

20 mei 2011

Vandaag is de honderdste geboortedag van Annie M.G. Schmidt. Ik begon vandaag elke les met het voorlezen van één van haar gedichten. Ik koos voor De mislukte fee, een verhalend gedicht over een fee met sproeten. Ze is volgens haar moeder ‘als fee (zacht uitgedrukt) volledig en totaal mislukt.’ Gelukkig eindigt de fee als opperspree aan het hof van de koning ‘en alle heren aan het hof / die knielen voor haar in het stof. / Waaruit een ieder weer kan lezen / dat men als fee mislukt kan wezen / maar heel geslaagd kan zijn als spree / Dit stemt ons dankbaar en tevree.’ Een herkenbaar en positief gedicht met een mooi slot. Leuk voor kleine en grote kinderen. Er zijn al zoveel generaties opgegroeid met Floddertje, Jip en Janneke, Pluk van de Petteflet en de vele andere door haar verzonnen personages. Ik hoop dat er nog vele generaties zullen volgen.

 

 

 

8 mei 2011

Het liefst eet ik ’s morgens yoghurt met een snufje kaneel, een eetlepel gebroken lijnzaadjes, een paar gedroogde cranberry’s en vriesverse bramen. Vanmorgen at ik dat dus ook. De dag begon pas echt goed met warme handjes om mijn nek en de opluchting bij mijn zoon. Eindelijk mocht hij dan het cadeautje geven dat al weken op zijn kamertje verstopt lag. Ik kreeg een prachtige zelfgeknutselde ketting die ik uiteraard gelijk omdeed. Via mijn man kreeg ik van hem ook een waterfilter, die ik zo graag wilde. Moederdag: een dag om van te genieten. Ik wens alle andere moeders ook een fijne dag.

 

 

24 april 2011

Nu gaat jullie speurtocht beginnen.

Rover Roodbaard moet vandaag nog gepakt worden.

Jullie gaan in tweetallen het bos in,

op zoek naar deze gevaarlijke misdadiger.

Aan de takken van de bomen hangen rode draadjes, zijn baardharen.

Dit fragment komt uit mijn boek Een held met een beer. Tim en zijn vriend Koen volgen het spoor van rover Roodbaard, de overvaller van een postkantoor in Zwolle. Vandaag wandelde ik met man en zoon door de bossen van Zeist. Eerst hadden we eieren gezocht bij het bezoekerscentrum De Boswerf. Daarna gingen we picknicken en aansluitend nog een stuk wandelen. En tijdens die wandeling zag ik ineens bovenstaande scène uit mijn boek. Een rood draadje aan een tak. In real life! Zou rover Roodbaard ook een postkantoor in Zeist overvallen hebben? Of zouden kort daarvoor kinderen uit Zeist geluisterd hebben naar een verhaal over een roodharige schurk die door de bossen gevlucht is met zijn buit? Wie weet. Leuk was het wel. Het gaf de wandeling in ieder geval een verrassend leuk en rood tintje!

 

 

19 april 2011

Vorig jaar oktober brandde het schoolgebouw van basisschool De Vlint in Groningen volledig af. Op uitnodiging van Trenke Riksten, moeder van een dochter op basisschool De Vlint in Groningen, bezocht ik gisteren het noodgebouw waar de school momenteel in gevestigd is. Zij had een schrijvershappening georganiseerd en elke klas kreeg een schrijver op bezoek. Harm de Jonge, Fabien van Kempen, Inge de Bie, Gonneke Huizing, Annejoke Smids, Corien Oranje, Mariken Jongman en Kate Schlingeman waren er ook.

Ik bezocht de groepen 3C, 4E en 4F. Mijn lessen gingen over helden. Ik liet foto’s zien en de kinderen moesten roepen wie ze zagen. ‘Mega Mindy! Superman! Spiderman!’ En toen werd het stil. Ik liet een foto van mezelf zien. ‘Maar… maar… maar… dat ben jij!’ Precies! Dat was ik. ‘En, ben ik ook een held?’ De klas vond van niet. Zelfs niet toen ik me verkleedde als held. Slimme kinderen. Ze konden haarfijn vertellen wanneer iemand wel een held is. ‘Als je iemand helpt, als je iemand redt, als je moedig bent, dan ben je pas een held.‘ Slim, betrokken, enthousiast, open en trots.

 

 

Op de terugweg zat ik in de metro tegenover twee jongeren van vijftien jaar. Ze praatten over seks, als ze al iets zeiden, want de meeste tijd waren ze bezig met hun smartphones. Te pas en te onpas strooiden ze met ‘nare’ Engelse woorden. Ik kon me niet voorstellen dat ze ’s avonds in bed een boek lazen, zeker niet toen de een de ander een pakje Durex toonde. Wat een verschil met die middag. Zouden de kinderen uit de groepen die ik bezocht had over een paar jaar ook zo in bus of metro zitten?

 

 

24 maart 2011

Keelpijn? Pijn in je buik, been, arm of voet? Sinds mijn zoon vanmorgen op het schoolplein in een ambulance is geweest, prikt hij de hele dag met een injectiespuit in mijn been en die van mijn man. Hij is immers dokter. Met diploma. Verkorte opleiding. Wie klaagt er nog over te weinig personeel in de zorg?

 

 

4 maart 2011

Soms loop je ineens tegen iets leuks aan. Eergisteren liep ik met man en zoon door dé winkelstraat in Klazienaveen, een plaatsje in Drenthe met 12.000 inwoners. Ineens doemde aan mijn rechterhand de bibliotheek van deze plaats op. Ik keek mijn man aan. Zullen we? Hij knikte. Hij begreep dat ik even wilde kijken in de catalogus of op de planken of deze bibliotheek één van mijn boeken had aangeschaft. Ik liep doelbewust naar de eerste de beste computer. Ik zat al bijna toen mijn hersens registreerden waar ik zojuist langsgelopen was. Een kast! Een uitstalkast. En op de één na bovenste plank stond prominent mijn boek Een tas vol geld. Er zag een sticker op: nieuw. Ik ben niet de enige die mijn boeken op zichtbare plekken uitstalt. Wat leuk om je eigen boek zo te zien staan. Mijn dag kon niet meer stuk.

 

 

14 februari 2011

Helaas hoor je zo vaak negatieve geluiden over Valentijnsdag. Het zou te commercieel zijn. De winkels wilden steeds meer profiteren van het koopgedrag van de mensen. Het zou romantischer zijn om op andere dagen dan 14 februari je liefde van je leven een cadeautje te geven. Vandaag berichtte de Britse krant Daily Telegraph echter over het echtpaar Doris en Harry Ward dat al zeventig jaar met dezelfde kaart Valentijnsdag viert. Doris Ward kreeg de kaart in 1941 van Harry, die toen nog haar vriend is. Elk jaar haalt zij de kaart uit de kast en zet hem op de schoorsteen. Die kaart is nog net zo bijzonder voor haar als toen. Een mooi verhaal op een dag vol liefde. Vanmorgen vierde ik in het grote bed Valentijnsdag met de twee mannen uit mijn leven. Geen commercie. Een mandje met lieve cadeautjes en stralende gezichten. Fijne Valentijnsdag iedereen! 

 

 

21 januari 2011

Vandaag kwam mijn zoon trots thuis met het vriendschapsboekje van Kayleigh, een meisje uit zijn klas. Dat het door mij ingevuld moest worden, begreep hij wel en ook dat er een foto van hem bij de tekst geplakt moest worden. Ik zal dit weekend eens nadenken over de antwoorden op de vragen. Uit mijn zoon kwam namelijk niet veel. Wat is je lievelingskleur? Dat vond hij een moeilijke vraag. Hij ging direct de achtergrondkleuren uit het vriendschapsboekje bekijken, maar dat was niet de bedoeling. Wat vind je lekker? Hij had net een rijstwafel gekregen, dus die noemde hij direct. Maar, vroeg ik, vind je een rijstwafel het allerlekkerste? Als antwoord nam hij nog een hap. Grote kans dat ik die wafel dan maar invul. Echte vrienden moeten immers eerlijk zijn tegen elkaar.

 

 

9 januari 2011

In het Ruigeplaatbos kwamen we een judasoor tegen, een vrij onbekende paddenstoel. Het was een gaaf exemplaar. Zo’n mooi stukje natuur wil ik niemand onthouden. Kijk maar. Het voelt als verraad om de foto niet te delen.

 

 

2 januari 2011

De week voor Kerst genoot ik van de zon op Tenerife. Twijfels waren er vooraf. Kom je in zo’n zonnig gebied wel in de juiste kerstsfeer? Dreaming of a white Christmas terwijl je je rug insmeert met zonnebrandcrème? Ik kan iedereen verzekeren dat de kerstsfeer overal te creëren is. In de eetzaal stond een mooie kerstboom, met mijn zoon zong ik teksten van Betty Sluijzer op de melodie van Jingle Bells en we genoten van de Zweedse kinderen die bij het ontbijt in mooie kerstpakjes verschenen. Kwartetten met z’n drieën, kleuren, tekenen, lezen, vooral veel lezen, zonnen, zwemmen, wandelen, de tijd nemen voor ontbijt, lunch en diner, geen Internet: in zo’n ontspannen sfeer kom je nader tot elkaar. Is dat niet mooi?

 

 

1 januari 2011

Gistermorgen zag ik weer hordes kinderen voorbijlopen met rugzakken om. Ze slenterden over straat, staken met verveelde gezichten vuurpijltjes af of gooiden achteloos het ene rotje na het andere op straat. Wat een trieste bedoening. Woensdag was ik bij zo’n vuurwerkverkooppunt. Mensen naast me kochten voor honderden euro’s vuurwerk. Wij waren voor 2,70 euro klaar. Een paar pakjes sterretjes: ‘gewone’ en gekleurde. Gisteravond om half acht gingen we naar buiten. Mijn zoon van bijna vier vond het net als vorig jaar heel bijzonder om ‘in de nacht’ naar buiten te gaan en de stokjes beet te houden. De ‘gewone’ sterretjes waren nog het mooist. Het was koud, maar gezellig. Zo hoort het toch?