15 december 2011
In de herfstvakantie was ik in Stockholm waar ik mijn favoriete gedichtenboek voor kinderen van Hans en Monique Hagen in het Zweeds zag liggen. Geweldig als je boeken in andere landen verschijnen. Zouden mijn boeken het ooit ook nog eens tot een vertaling schoppen?
1 december 2011
'Zie de maan schijnt door de bomen. Makke stakker wild geraas.' Zo zingt mijn zoon uit volle borst dit lied. Het valt ook niet mee met al die verouderde woorden!
17 november 2011
Lucht en latex. Daar kun je leuke dingen mee doen. Voor Niels Duinker is het een fluitje van een cent, maar ik was supertrots op de eerste hond die ik vandaag maakte van een ballon.
Aan de hand van Niels’ dvd ‘Leer Ballonfiguren Maken’ had ik deze week al wat geoefend, maar veel verder dan het knoopje in de ballon was ik niet gekomen. Niels kwam vandaag op de koffie en deed de juiste technieken live voor. Leren van de Master: wat wilde ik nog meer? Niels draaide de ene figuur na de andere in elkaar. Zijn hoofdvak is eigenlijk jongleren. Op twaalfjarige leeftijd begon hij ermee. Training en discipline. En liefde voor het vak. Die dingen hebben hem gebracht waar hij nu al is. Niels is een veelgevraagd en succesvol jongleur die wereldwijd optreedt op internationale podia en cruiseschepen. Hij won veel jongleer- en circuscompetities over de hele wereld. Een echte ster. Leerde ik Niels vroeger de beginselen van de Nederlandse taal, nu was ik zijn leerling. Grappig. En leerzaam.
27 oktober 2011
Een week geleden was ik nog in Stockholm. Toen ik deze zomer in Kloten, midden Zweden was, wist ik dat ik ook een keer naar Stockholm wilde en dat dat geen jaren moest duren. We vertrokken op 17 oktober voor vijf dagen. Het was geweldig. Het uitzicht vanaf de tv-toren was groots en de muffins smaakten op 110 meter hoogte voortreffelijk.
Het techniekmuseum was leuk voor jong en oud. De speelhoek in het politiemuseum bood uren speelplezier. Het Nordiskamuseum was gevestigd in een schitterend pand. Het geborgen schip uit 1628, Vasamuseet, was groot en indrukwekkend. De visjes in het aquarium sprongen zo grappig. De pont naar Slussen was snel. De oude stad Gamla Stan was gezellig en knus. De skyview in een glazen bol over het Ericsson Globe Stadion was een avontuur op zich. In het Vasapark speelden de kinderen gezellig. Alles was leuk, maar het aller-, aller-, allerleukst was Junibacken, een sprookjeshuis voor kinderen.
In een treintje reden we langs de taferelen uit de boeken van Astrid Lindgren. We luisterden in het Nederlands naar de verhalen over Jonathan en Kruimel, Madieke, Ronja en nog veel meer verhaalpersonages. Na de treinrit konden we spelen in het huis van Pipi Langkous of in de vele andere huisjes rond kinderboekenfiguren. Het was zo leuk dat we een tweede dag nog eens teruggingen.
Nu zijn we weer thuis en moeten het doen met boeken en herinneringen. We lezen Nils Holgersson en De gebroeders Leeuwenhart, eten knäckebröd en denken terug aan die geweldige stad. Tack tack!
16 oktober 2011
Lange rijen (niet alleen voor Geronimo Stilton). Leuke voorlees- en tekenoptredens. Een zingende schrijfster. Een levensgrote Kikker, Muis, Dikkie Dik. Op handtekeningen jagende kinderen. Ballonnen. Workshops Heldenpoppetjes maken. Boeken. Heel veel boeken. De kinderboekenmarkt in Den Haag is hartstikke leuk.
15 oktober 2011
Vandaag eindigt de kinderboekenweek. Leukste moment was het voorlezen van Springplank, mijn gedicht uit Vijf draken verslagen, Querido’s poëziespektakel 4. Ik vroeg aan de kinderen in Klazienaveen wie er van een springplank van tien meter hoog durfde te springen. Enthousiast gingen alle vingers omhoog. Toen ik vertelde dat een kamer doorgaans 2 meter 50 hoog is. Springen van een duikplank van tien meter komt dus eigenlijk neer op springen van de vierde woonlaag van een flat. Oei. Direct gingen er een hoop vingers omlaag. Moedig!
2 oktober 2011
Een goudkleurig jurkje. Bijpassende beige pumps. Haren tot in perfectie verzorgd. Een mooi sieraad om haar nek. Anita van Breukelen. Ze mag zich nu officieel schrijfster noemen. Trots was ze. Nadat zij in 2002 een verhalenwedstrijd won en haar verhaal in de Libelle geplaatst werd, wist zij dat zij door wilde gaan met schrijven. Vandaag presenteerde zij bij Plantage boekhandel Van der Plas in Amsterdam haar debuutroman Kiezen of delen, een liefdesroman over de 29-jarige tandartsassistente Isabel.
Anita overhandigde in bijzijn van uitgever Larry Iburg het eerste exemplaar aan tandarts drs. A. Pouramiri, die het boek al gelezen had en zeer enthousiast was over de inhoud. Met weemoed dacht ik terug aan 2009, toen ik mijn eerste kinderboek presenteerde in de bibliotheek van Spijkenisse. Een debuut is bijzonder. Een debuut moet je vieren. Vanmiddag was alles feestelijk. Na de drankjes, hartige en zoete hapjes kreeg iedereen een tube tandpasta. Zou dat het idee van mevrouw Pouramiri geweest zijn?
24 september 2011
Vandaag werden de inwoners van Spijkenisse verrast door kunst. In de Voorstraat en het Noordeinde stonden bij diverse locaties kunstenaars die de mensen van 12.00 uur tot 17.00 uur doorlopend verleidden met zang, dans, muziek, toneel of poëzie. Samen met dichter Remon Tiggelman was ik aanwezig in het cachot in Spijkenisse. Ik gaf een korte presentatie over Jan Campert, journalist, schrijver, dichter en verzetsman, die in 1902 geboren werd in Spijkenisse en overleed in 1943 in Neuengamme in Duitsland. Na de informatie over Campert droeg ik Het lied der achttien dooden voor. Heel indrukwekkend en beklemmend, zeker vanwege de locatie, de cel in het cachot waar ik me met het publiek bevond. Daarna nam ik de mensen mee naar de cel naast die ‘van mij’, waar Remon Tiggelman twee gedichten voordroeg uit eigen werk, o.a. een gedicht over vrijheid. Het was een bijzondere dag. Zeker vijftien keer kwamen Remon en ik in actie. De reacties van het publiek waren verschillend: sommigen knikten instemmend, herkenden de woorden van Campert, dachten na over de oorlog, de verhalen van familieleden, anderen klapten of spraken uit dat ze onder de indruk waren van de gedichten. Veel waardering vandaag: van de mensen voor de poëzie en van ons voor het publiek. Poëzie leeft.
4 september 2011
Ik zie er een beetje moe uit op de foto, maar dat mag ook wel na een dag Manuscripta. Boekpresentaties bijwonen, uitgevers spreken, langs de stands slenteren, veel handen schudden, met boekhandelaren kennismaken en gezellig thee drinken met leuke collega’s. Mijn vriendin Anita van Breukelen stond als een trotse koningin in de stand van Ellessy. Haar debuutroman, Kiezen of delen, verschijnt begin oktober. In de stand hing haar poster en er waren boekenleggers. Dit jaar komen er van mij in ieder geval drie boeken uit: een deel uit de reeks Spannend, een samenleesboek en een canonboek. Het wordt een mooi boekenjaar.
28 augustus 2011
Ik was uitgenodigd voor het 25-boekenbal in Schijndel. Afgelopen maand verscheen het vijfentwintigste boek van kinderboekenschrijfster Netty van Kaathoven en dat feit vierde zij met vrienden, familie en collega’s. De feestlocatie, De Zwengel, was kleurrijk ingericht met slingers van boekcovers. Er was een heuse dresscode. ‘Zo kleurig mogelijk en liefst iets met een verwijzing naar boeken, schrijvers, letters of taal. Een hoed van een krant? Een oorbel van een boekje? Een broche van een gedicht gemaakt? Een boekenlegger als stropdas?’
Er waren heel wat creatievelingen. Ik signaleerde oorbellen met boekcovers, haarspeldjes vol letters, een riem vol letters. Er spotte zelfs twee meisjes met rokjes die gemaakt waren van een krant. Opvallend was dat de schrijvers onder het gezelschap op kledinggebied beduidend minder creatief waren dan de overige gasten. Zij zouden later op de middag hun creativiteit tonen.
Om half drie toog iedereen naar buiten voor een literaire wandeling door Heemtuin De Blekert. Op verschillende mooie locaties onderbraken we de wandeling voor een literaire voordracht van één van de schrijvers.
Langs de rondweg leest Netty een ‘vrachtwagengedicht’ over een jonge trucker voor. Accordeonmuziek van Tineke en het geluid van langsrazende auto’s zorgden voor de juiste sfeer.
Ik mocht twee gedichten voorlezen tegenover – heel toepasselijk - de waterput: De zeeman en Springplank. De zeeman staat in Leesparade 4, een leesmethode van Delubas. Springplank las ik helaas nog voor van een A4-tje. Het gedicht staat in Vijf draken verslagen, de vierde bundel van Querido’s Poëziespektakel die deze week verschenen is. De auteursexemplaren worden komende week verstuurd. Het gedicht beleefde vandaag feitelijk zijn publiekelijke doop.
Het 25-boekenbal was een ontzettend gezellig feest. Netty, op naar de volgende 25.
14 augustus 2011
De visite is weg, het lunchbuffet is opgeruimd en de extra stoelen zijn weer opgeborgen. Omdat een groot deel van mijn kennissenkring en familie volgende week op vakantie is, besloot ik om vandaag al mijn verjaardag te vieren met een lekker, gezond, hartig en biologisch lunchbuffet. Geïnspireerd door het boek van Amber Albarda en het besef dat je zuinig moet zijn op je lichaam had ik de lekkerste en gezondste salades gemaakt, de heerlijkste crackers bij de natuurwinkel gekocht en veel zaden, noten en groente op tafel gezet alles zonder E-nummers, overbodige kunstmatige stoffen en andere verderfelijke toevoegingen.
Ik kreeg ook cadeautjes in stijl: make-up en crèmes van dr. Hauschka (zonder synthetische stoffen), roestvrijstalen koekenpannen zonder de antiaanbaklagen die je in de loop der tijd opeet, fijne massage- en huidoliën van Weleda en Kneipp, een bon voor een lekkere gezichtsbehandeling, een boekje over Stockholm, onze volgende vakantiebestemming en nog veel meer leuke gaven. En ik ben nog niet eens jarig en dus nog niet ‘een jaartje ouder’. Is dat even genieten!
8 augustus 2011
Ik ben dol op vaste gewoonten. Zo eten we na een tandartsbezoek altijd pannenkoeken. Een uitstapje naar de Efteling lijkt ook een traditie te worden. Twee weken geleden was het zover. Met de tassen vol pakjes, flesjes en belegde boterhammen gingen we op weg. Mijn zoon van vier was vooraf al een dag zoet met het bestuderen van het fotoboekje dat ik jaren geleden eens in de Efteling kocht. Van vorig jaar herinnerde hij zich nog de stoomtrein. Dat vond hij destijds het hoogtepunt van de dag. De dag zelf verliep ook volgens vaste gewoonten. Als eerste gingen we naar Droomvlucht, mijn favoriete attractie. Daarna bezochten we Fata Morgana. Keek mijn zoon vorig jaar nog vol verwondering rond, nu dacht hij meer na over wat hij zag. ‘Die tijger, kan die naar ons toekomen? Die tovenaar vind ik eng. Is die echt of niet?’ Je begrijpt al dat het tegen onze traditie in die dag bij één bezoek aan Fata Morgana bleef. Rond lunchtijd stapten we in de gondelbootjes en aten we in alle rust de meegenomen boterhammetjes.
De stoomtrein was voor Berend weer het hoogtepunt van de dag. Maar voor mij moest het hoogtepunt nog komen. Ik verwachtte dat mijn zoon na afloop bij de eerste bocht al in slaap zou vallen van alle opgedane indrukken. Nee, met het fotoboekje in zijn hand beleefde hij de dag opnieuw. Heel intens. En het bleef niet bij die ene herbelevenis. Elke avond voor het naar bed gaan komt het boekje weer uit de kast. En elke keer stelt hij dezelfde vragen. ‘Waarom was er een storing bij Raponsje? Wat zei die heks? Hoe heet die uitkijktoren ook al weer? Waarom mag je in Droomvlucht geen pakje drinken?’ En wij beantwoorden keurig de vragen. Keer op keer. Traditie, hè! ‘
25 juli 2011
In twee kinderboeken die ik schreef, speelde het vissen al een rol. Zelf had ik echter nog nooit een hengel in handen gehad, moet ik eerlijk bekennen. In Zweden kwam daar ineens verandering in. Mijn zoon had de smaak van het vissen te pakken. Hij wilde echt elke dag naar het meer. Viste hij eerst met een zelfgemaakte hengel waar aan een dik touw een takje bungelde, al gauw verving mijn man touw en takje door een echt tuigje. Uiteraard ging ik elke vissessie mee. Omdat turen naar andermans dobber of kijken hoe iemand een lijn uitgooit saai is, nam ik ook maar een hengel ter hand. En geloof het of niet: ik had beet! Wat was ik trots. Jongen, jongen, wat was ik trots. De vrouw die het eten bereidt, was een jager geworden. Wie had dat gedacht? Maar een echte jager bleek ik niet te zijn, want ik liet mijn man het haakje uit de vis halen. Dat weer wel.
23 juli 2011
Tijdens onze vakantie in Zweden zouden we leven zoals de Zweden. Dat betekende vissen in het nabijgelegen meer en je eigen vis voor het avondeten vangen. Mijn man had vooraf diverse filmpjes op YouTube bestudeerd waarin getoond werd hoe je een snoek moest fileren. De Zweedse meren zaten vol met snoek. Een scherp vismes ging mee in de kofferbak. Bij aankomst kochten we gelijk een visvergunning. En zo stonden we de eerste avond na aankomst met ons drieën te turen naar het water van Långvattnet. En ja, hoor, na korte tijd had mijn man een snoek aan de hengel.
‘Jippie!’ riep mijn zoon toen hij de spartelende vis zag. ‘We hebben een vis! Lekker.’ Ik leidde even zijn aandacht af. Hoe het komt dat de spartelende vis ineens heel stil ligt, hoeft een vierjarig kind niet te weten, toch? Met de fileerkennis van YouTube maakte mijn man vakkundig filetjes.
Ik bakte de vis en we genoten van de maaltijd. Die traditionele rolverdeling mocht wat mij betreft die vakantie zo blijven: de man vist en de vrouw bereidt het eten. Ik zag mezelf nog niet met een hengel in de hand naar het water turen als een jager op zoek naar eten. Maar ik zag het helemaal fout (wordt vervolgd).