29 december 2010
Ik houd van Holland en van alle typisch Hollandse gewoontes en producten. Stamppot, hutspot, Sinterklaas, verjaardagen met koffie en gebak, molens, tulpen in de tuin, stroopwafels. En oliebollen. Hoewel ik eigenlijk op de lijn moet letten, kocht ik vandaag toch tien oliebollen. Uiteraard bij Meesterbakker Voskamp uit Spijkenisse, winnaar van de oliebollentest 2010. Hoewel ik het grootste deel van mijn leven in Vlaardingen gewoond heb, voel ik me steeds meer inwoner van Spijkenisse. Ik ben er dan ook trots op dat de beste bol dit jaar uit Spijkenisse komt.
Ik wens iedereen een prettige jaarwisseling en een goed, mooi, gezond en liefdevol 2011 toe.
10 december 2010
Ik ben gek op lijstjes. Boodschappenlijstjes, to-do-lijstjes, lijstjes met boeken die ik gelezen heb of lijstjes met wat ik die dag gegeten heb. Lijstjes geven rust. Soms is het ook gewoon leuk om een lijst te maken zonder direct nut. Bijvoorbeeld ‘Tien keer handig’.
- IKEA-dienbladkarretjes
- shampoo en doucheschuim in één fles
- wintermuts met oorkleppen
- Unox handschoenwanten
- mijn man
- pincet met ingebouwd lampje
- sneldrogende nagellak
- rechtopzettubes tandpasta
- kruimella van broodrooster
- vakken in je handtas
26 november 2010
‘Er was eens een mama en die heette Marlies. Er was eens een papa en die heette papa. En Hans. Ze zagen door het raam een monster, maar het was een knuffelmonster. Zo, nu voel je je vast beter!’
Vanwege mijn keelontsteking en stembandproblemen kan ik mijn zoon van bijna vier voor het slapengaan niet voorlezen. Hij vertelde mij gisteravond voor hij ging slapen bovenstaand verhaaltje. Lief!
13 november 2010
Liefde voor het theater kreeg ik van huis mee. Die liefde wil ik uiteraard doorgeven. Vandaag ging mijn zoon van bijna vier voor het eerst mee naar theater De Stoep in Spijkenisse. We gingen naar de voorstelling ‘Het mooiste van Sesamstraat’. Op een stoelverhoging keek hij met rode konen naar zijn vriendjes Tommie, Elmo, Pino, Bert en Ernie. Dorien Haan speelde Doedoe. Na afloop was een meet & greet en die was haast nog enerverender dan de voorstelling zelf. Ik dacht dat mijn zoon zich nooit losmaakte uit zijn knuffel met Tommie. Onbegrijpelijk dat er bezuinigd wordt op cultuur en het kabinet de btw-tarieven voor het theater wil verhogen. Televisie is leuk, maar in het theater gebeurt het. Daar beleef je de meest waanzinnige voorstellingen. Voorstellingen waar iedereen recht op heeft: gisteren, vandaag, morgen en in de verre toekomst.
12 november 2010
‘Wie wil er schrijver worden?’ Niemand stak zijn vinger op. ‘Wie docent Nederlands?’ Opnieuw geen enkele reactie. Wat zal deze presentatie opleveren? dacht ik. Schrijver Ernest van der Kwast daagde de leerlingen van 5 vwo in drie gastlessen uit met vragen, fragmenten uit zijn boeken en verhalen over zichzelf. En met succes, zo bleek later. De reacties waren overweldigend. In de pauze kwam een groepje leerlingen zelfs terug om met de auteur op de foto te gaan. Na afloop zei een jongen: ‘Dit moeten we minimaal drie keer per jaar doen.’ Geweldig dat leerlingen enthousiast worden van een schrijversbezoek. Schrijver worden ze niet. Docent evenmin. Maar lezer? Ja.
30 oktober 2010
Toen mijn broer Steven in Californië woonde, had hij op Halloween allemaal snoep in huis gehaald. Vol spanning zat hij te wachten tot de deurbel ging. Helaas. Er kwam geen kind. Hij woonde in een studentenappartement in een vrijwel kinderloze wijk. In de wijk waar ik woon, ging dat anders. Vooraf kon je je aanmelden. Er waren 22 aanbeladressen en met 36 kinderen liepen we in drie groepen de huizen af. ‘Snoep of je gaat in de soep!’ Wekenlang waren we al bezig met het griezelfeest. Gaan we als spook of doen we toch een heksenpak aan? Geven we zwarte lolly’s, spekkies in de vorm van een pompoen of toch maar allebei? Mijn zoontje deed hij erg zijn best om als spookje iedereen te laten schrikken. Zijn spooktasje was goed gevuld. Het was een griezellige avond: voor de kinderen en de volwassenen. Mijn broer woont nu in Freising, bij München. Wederom in een appartementencomplex met weinig kinderen in de buurt. Ik vermoed dat hij wederom met zijn snoep zal blijven zitten.
21 oktober 2010
Moleculair koken is koken waarbij je gebruik maakt van je kennis van chemische reacties. Zelf heb ik geen verstand van chemie. Mijn oudste broer wel. Hij is chemicus. Afgelopen weekend kookte hij moleculair. Tussen de gangen door legde hij uit hoe hij elk gerecht bereid had. Ik mocht helpen bij het maken van watermeloenkaviaar. Hij had al de watermeloen door een zeef gehaald en het watermeloensap gemengd met natriumalginaat. Dit mengsel ging in een spuit. Ik mocht met de spuit steeds enkele druppels in een kom met calciumlactaat laten vallen. De druppels vormden bolletjes. Daarna spoelde mijn broer ze af en hij legde de bolletjes op een bedje van veldsla, venkel en komkommer. Het zag er niet alleen smakelijk uit, het was het ook en dit was niet het enige moleculair bereide gerecht dat ik die dag voor mijn neus kreeg. Koken en chemie gaan prima samen, maar gezien mijn onvoldoende voor scheikunde op mijn rapport is het beter om het moleculaire koken aan echte deskundigen over te laten.
14 oktober 2010
Tegenwoordig moet je je niet alleen bezig houden met de vraag welk boek je koopt of uit de bibliotheek leent, maar ook met de vraag in welke vorm je dat boek aanschaft. Vandaag heb ik voor het eerst een dwarsligger uit de bibliotheek gehaald. Een andere titel die ik wilde lenen, was er alleen in XL-formaat. Gemiddeld kwam ik dus op het normale volume en gewicht uit! Ik ben direct in de dwarsligger begonnen en ik moet zeggen dat het boekje heerlijk in de hand ligt. De lettergrootte is prima en je hebt nog steeds het gevoel dat je een boek in handen hebt, iets waaraan ik twijfel bij e-books. Het lijkt me ook ideaal om een dwarsligger in bed te lezen. Geen lamme armen, pijnlijke schouders en onnodig gedraai meer. Ik ga vanavond vroeg naar bed en de dwarsligger gaat mee.
20 september 2010
Soms heb je als schrijver geluk! Vanmorgen liep ik met mijn zoon door de tuinen van het kasteel van Rhoon. Ik ben namelijk met een verhaal bezig dat zich afspeelt in de Rhoonse grienden en een deel van het verhaal speelt ook in de tuinen rond het kasteel. Ik bekeek de tuinen en mijn zoon zocht kastanjes. Een mooie combinatie van onderzoek en ontspanning. We waren het bruggetje naar het kasteel net over toen ik een klusjesman uit één van de achterdeuren van het kasteel zag komen. Die man kwam me wel erg bekend voor. Het was oud-collega Kees, die jarenlang conciërge was op de school waar ik werk. Wat een onverwachte ontmoeting! Kees werkt inmiddels al vijf jaar in dienst van Ad Janssen en verzorgt het klein en groot onderhoud aan het kasteel. Ik kreeg direct een rondleiding door het kasteel. Whow. Wat een lokatie! Wilde ik mijn verhaal deels alleen in de tuinen laten spelen, nu overweeg ik om het kasteel zelf er ook bij te betrekken. En dat allemaal door een toevallige ontmoeting.
19 september 2010
Op een grote paddenstoel
Rood met witte stippen
Zie je hier twee mannen
Heen en weer te wippen
‘Smak,’ zei toen het vrouwtje
Met een diepe zucht
En twee kusjes gingen
Hoepla door de lucht
Vandaag zijn Hans en ik acht jaar getrouwd. Het grootste verschil met acht jaar geleden is dat er nu een klein, lief mannetje rond ons huppelt. We vierden onze trouwdag vandaag met z’n drietjes in de Efteling. Een tikkeltje ouder, een beetje wijzer en nog even verliefd!
12 september 2010
Ik heb nooit een beugel gehad. De tandarts die ik als kind had, was niet zo van de moderne technieken en mijn moeder stimuleerde het dragen van een beugel ook zeker niet. Zelf had ze jarenlang zonder resultaat met een ijzerdraadje om haar tanden gelopen om het spleetje tussen haar voortanden weg te krijgen. In mijn mond kwam dus geen. Niet erg, want ik ben tevreden over de stand van mijn tanden en kiezen. In mijn jeugd waren er uiteraard wel kinderen met een beugel, maar niet zoveel als nu. Eén op de drie jongeren heeft tegenwoordig een beugel en er zijn steeds meer volwassenen die er ook één hebben. Je valt nu meer op zonder dan met beugel. Dat niet elk kind staat te springen om naar de orthodontist te gaan, bleek vandaag op de boekpresentatie van schrijfster Mieke van Wieringen. Zij presenteerde in de bibliotheek van Spijkenisse met trots haar tweede kinderboek IJzersterk, een leesboek voor kinderen uit groep 7 en 8 over beugels en orthodontisten. Het was een leuke presentatie. Mieke stond overduidelijk niet met haar mond vol tanden!
5 september 2010
Een boek is altijd een schot in de roos! Dat bleek vandaag maar weer op Manuscripta, dé opening van het nieuwe boekenseizoen, hoewel mijn schietkunsten wel voor verbetering vatbaar zijn. Vlak voor Zuiveringshal West mocht ik drie keer schieten en ik schoot drie keer mis. Geen nood. Het mocht de pret niet drukken. Zoals elk jaar was het een geweldige dag: ik heb veel contacten gelegd, veel gelopen, veel gezien en veel gehoord.
31 augustus 2010
Vandaag is oud-wielrenner en tweevoudig Tourwinnaar Laurent Fignon op 50-jarige leeftijd aan kanker overleden. Ik heb goede herinneringen aan deze strijdlustige renner. De eerste keer won hij de Tour in 1983 op 23-jarige leeftijd. Fignon beoefende de wielersport in een tijd dat ik geen seconde van de touretappes miste. In de bij de Wielerrevue meegeleverde Tourgids hield ik elke dag de uitslagen bij. Ik hoef dat gidsje er niet op na te slaan om de uitslag van de tijdrit na te lezen die in 1989 als slotetappe op de Champs Elysées verreden werd. Fignon droeg de gele trui. Lemond was tweede op 50 seconden. Zoveel tijdsverschil zou in de 25 kilometer durende tijdrit nooit te overbruggen zijn. Lemond was echter zeker van zijn zaak en kwam aan de start met een speciaal triatlonstuur. Toen hij de Champs Elysées opreed, had hij nog maar één seconde achterstand. In de laatste kilometer gaf hij alles. Lemond won de Tour met acht seconden voorsprong: het kleinste verschil ooit. Legendarisch was de foto in de krant. Op de grond lag een verslagen Fignon. Daarnaast juichte een uitzinnige Lemond. Fignon op de grond. Lemond in de lucht was de kop. Hoezeer ik Lemond zijn overwinning gunde – hij was immers uit de dood herrezen na het bijna fatale jachtongeluk – en aangenaam verrast was door de spectaculaire ontknoping tijdens de tijdrit, toch vond ik het sneu voor Fignon, die ook werkelijk zeer goed reed. De wielerwereld heeft vandaag een groot sportman verloren.
21 augustus 2010
Wat moet je schrijven op je verjaardag? Dat het afgelopen jaar voorbijgevlogen is? Dat het supergezellig was? Dat je verwend bent met lieve en leuke cadeautjes? Dat het dagelijkse ontbijtje op bed vandaag extra feestelijk was? Dat ik eindelijk mijn familie en vrienden eens in de tuin kon ontvangen? Dat de zelfgemaakte bananen-pruimenmuffins, fruittaart, bramenmuffins, scones, garnalensalade, witte-koolsalade, pruimenflapjes, pittige tomatensoep met courgette en alle andere hapjes lekker smaakten? Dat ik de komende tijd hard door moet lezen om alle gekregen boeken uit te krijgen? Dat ik alweer 41 ben, dat volgens iedereen helemaal niet te zien is en ik me daar prima bij voel? Ja, dat!
13 augustus 2010
Elf uur Efteling betekent elf uur genieten. Sprookjes komen tot leven, maar er blijft genoeg te fantaseren over. Wat denkt Langnek als hij over de boven naar Kaatsheuvel kijkt? Wat gebeurt er toch allemaal in de luchtkastelen van Droomvlucht? Waarom vragen de bedelaars in Fata Morgana nog steeds om guldens? Wat zou er precies achter de gevels van Raveleijn schuilgaan? Deze attractie gaat volgend jaar open en is gebaseerd op een verhaal bedacht door schrijver Paul van Loon. Ik ben heel benieuwd! Mijn zoon kon geen genoeg krijgen van de stoomlocomotief. We maakten de rit door het park zelfs twee keer: één keer met locomotief Moortje en één keer met Aagje. In de auto terug viel hij al snel in slaap. Ik weet zeker dat hij ging dromen van de treinrit of van de grote paddenstoelen met kabouters en vele muisjes. Tot mijn schrik zag ik ’s avonds bij het verlaten van het parkeerterrein in de auto voor me een kleuter naar een dvd staren die in de hoofdsteun van de stoel voor hem zat. Wat eeuwig zonde! In de Efteling word je al de hele dag bezig gehouden en hol je van indruk naar indruk. Wat is er dan mooier om na afloop al je indrukken te verwerken en een plaats te geven in je hoofd? Om je fantasie los te laten op wat je gezien hebt? Om gewoon zelf lekker te denken? Een gemiste kans.
6 augustus 2010
Terug uit Arcen. Vlak voor ik vorige week vertrok, bracht ik nog een bezoek aan de bibliotheek van Spijkenisse. Voor het eerst zag ik mijn boek Een held met een beer daar in de avi-kast staan: keurig op het plankje M3 (midden groep 3). Ik pakte het boek op en zette het boek prominent neer op de boekenstandaard boven op de kast. Mijn boek mocht immers gezien en geleend worden. Toen ik vandaag op Internet in de bibliotheekcatalogus keek, zag ik dat Een held met een beer uitgeleend was. Leuk! Werd de lener door mijn actie op het boek geattendeerd en raakte hij gecharmeerd van de voorkant? Wie weet! Ik hoop dat hij of zij ook de inhoud kan waarderen, maar ik heb daar alle vertrouwen in.
29 juli 2010
Vroeger hadden de krokodillen in Blijdorp een klein verblijf. Achter een glazen schotje lagen ze in een laagje water. Je kon lang kijken, maar het gebeurde maar zelden dat één van de dieren bewoog. Sommige mensen gooiden zelfs muntjes naar ze om de dieren uit te lokken. Die trapten daar niet in.
Ze knipperden niet eens met hun ogen. Toen mijn broer tweeëntwintig jaar geleden in de brugklas met biologie naar de dierentuin ging voor een educatieve ochtend nam hij een magneet en touw mee. Met enkele vriendjes viste hij de muntjes op die rond de krokodillen op de bodem van het verblijf lagen. Met gestrekte armen stonden ze met het touw en de magneet boven de schijnbaar ongevaarlijke dieren. Levensgevaarlijk, want iedereen weet hoe snel krokodillen kunnen zijn. Van de opbrengst kochten ze een patatje in het restaurant. Al enige tijd geleden zijn de krokodillen verhuisd naar een nieuw verblijf. En dat is maar goed ook. In het voormalig verblijf is het water weggepompt en ook het glas is weggehaald. Er groeien nu planten waar eerst water was. Er vliegen vogels rond en op de vloer lopen tientallen muisjes. Er liggen geen muntjes op de grond, maar het oppakken ervan had een risicoloze aangelegenheid geweest. In het nieuwe krokodillenverblijf heb ik de eerste muntjes al gezien, maar het opvissen ervan is onmogelijk. Verstandig. De brugklassers van nu moeten echt iets anders verzinnen om onder het maken van educatieve vragenlijsten uit te komen.
23 juli 2010
Godfried Bomans had humor. Dat wist ik, maar ik werd er nog eens extra opgewezen op de tentoonstelling over zijn leven en werk in De Hallen in Haarlem. Als student trad hij bijvoorbeeld op als Sint Nicolaas. In 1943 gaf hij op het bordes van het stadhuis de jeugd een dag vrij, waardoor ik nog omhuld door den herderlijken toga, een vreeselijke ruzie kreeg met drie Hoofden (een daarvan riep, alle eerbied voor Gods heiligen uit het oog verliezend: ‘Wat denkt die snotjongen wel!’).
Er was ook nostalgie. Op een overzichtsbord las ik dat hij in 1966 de schoolboekjes Pim, Frits en Ida schreef en direct zag ik de boekjes met de kaften in wit, oranje, geel en zwart voor me. Even later viel mijn oog op een aantal deeltjes in een vitrinekast. Sommigen lagen open. Uiteraard las ik de opengeslagen pagina’s. Ik had geen herkenning, maar ik weet wel dat die boekjes in de klas gelezen werden. Leuk is dat.
In de filmzaal kon je het negentien minuten durende interview zien dat Mies Bouwman met hem had en hij tien vragen moest beantwoorden. Het was een innemende, erudiete en humorrijke man. Na dat interview luisterde ik met een koptelefoon één van zijn sprookjes af over een koning die niet dood wilde. Ik moest ineens weer denken aan het sprookje 'Het aanzoek' dat ik jarenlang als docent in mijn brugklassen las: een sprookje over de liefde tussen twee kikkers. De ene kikker leert dat je bij verliefdheid niet moet dralen, maar actie moet ondernemen. Een wijze les.
De tentoonstelling over Bomans leven en werk is nog tot en met 5 september te bezoeken.
17 juli 2010
Tien dagen Rhodos betekende tien dagen geen Internet. Het missen van het vervolg van de Tour de France. Armstrong niet zien vallen in een bergetappe. Kijken naar de WK-finale voetbal op de Griekse televisie. Antibioticum halen voor mijn zoon. Maar ook lekker zwemmen in het mooie zwembad bij ons hotel en in de zee waar het water heerlijk was. Genieten van de zon en het vriendelijke personeel. Bijdragen aan de Griekse economie. Inspiratie opdoen in de oude straatjes van Rhodos-stad. Wandelen door het Grootmeesterpaleis. Kijken naar de boten in de haven. Heerlijk eten. Veel lezen. Nadenken over een nieuw manuscript. Mijn kleine mannetje observeren terwijl hij met andere kinderen speelde. Jaloers toekijken hoe de zon mijn man chocoladebruin kleurde. Het waren tien heerlijke dagen. Daar kan geen Internet tegen op!
4 juli 2010
Hoe vaak maak je het mee dat de Tour de France door je eigen woonplaats dendert? Misschien maar één keer in je leven. Vandaag was dé dag. Rond 10.50 werd de Tourkaravaan in Spijkenisse verwacht. Om half elf zaten we geïnstalleerd op meegenomen stoeltjes. Uiteraard waren we in het geel gekleed. Mijn zoontje had zijn gele verrekijker en zijn toeter bij zich. Het feest kon beginnen. En een feest was het! Na de karavaan duurde het nog tot na half één eer de eerste renners arriveerden: Lars Boom, Ruben Pérez en Maarten Wynants kwamen als eerste de Spijkenissebrug af, minuten later gevolgd door het peloton. De sfeer was goed, de zon scheen en iedereen lachte. Ik ben benieuwd hoe lang de kopgroep het volhoudt en welke renner vandaag in Brussel wint. Een Nederlander? Als het aan de fans langs de kant ligt wel.
3 juli 2010
Om half één had ik met broer Steven op metrostation Leuvehaven afgesproken om de start van de Tour de France bij te wonen. Steven was zelfs uit Duitsland overgekomen om de proloog mee te maken. In het verleden bezochten we vaker wielerwedstrijden, onder andere de Wateringse Wielerdag. De laatste keer was in 1997. Met ons handtekeningenboekje stonden we destijds ruim voor aanvang klaar om de nodige handtekeningen te scoren. Vandaag bleven de boekjes dicht. De renners waren van het publiek afgeschermd. Wel scoorden we de nodige spullen en prullen die vanuit de auto’s van de tourkaravaan naar ons gestrooid werden. Ik kwam vanavond thuis met een Skodapet, een strandbal, twee opblaasbare knuppels van Q8, twee Teisseire sambaballen, een l’Equipe frisbee en een zakje worstjes. Alsof we zelf wielrenners zijn, verkenden we het hele parcours. Wat een afstand! Al wandelend heb ik zelfs een blaar opgelopen. En dat op Birkenstocks! Het was een gezellige middag, maar het draaide uiteraard om de proloog, die overtuigend gewonnen werd door Fabian Cancellara. Lance Armstrong werd vierde, vijf seconden voor Alberto Contador. Ik hoop dat Armstrong de tour wint. Het zou een mooi afscheid van de Tour zijn. Morgen komt de Tour door Spijkenisse. Uiteraard sta ik dan weer langs het parcours. In het geel!
1 juli 2010
In mei 1987 behaalde ik mijn atheneumdiploma op Westland-Zuid in Vlaardingen. Ik moest daaraan denken toen ik vanmiddag bij de diploma-uitreiking van het vwo aanwezig was op de school waar ik werk. Er is weinig verschil tussen toen en nu. Gelukkig. Het is fijn als er constanten in het leven zijn. Vanmiddag kregen de leerlingen allemaal een Amerikaans collegehoedje, maar verder zag ik geen verschillen met vroeger. Iedereen werd keurig toegesproken, ouders maakten tientallen foto’s, er werden handen geschud en bedankwoordjes gesproken, de meeste leerlingen zagen er keurig gekleed uit, sommigen van hen kwamen in hun oude kloffie en ik zag alleen maar blijde gezichten om me heen. Zo hoort het ook. Een diploma-uitreiking is een feestelijk iets. Een diploma brengt je verder. Het behalen van het atheneumdiploma betekende voor mij het begin van een nieuwe fase: een studie Nederlands in Leiden. Ik hoop dat alle leerlingen die vandaag de school verlieten ook aan een succesvolle nieuwe fase in hun leven beginnen.
27 juni 2010
Afgelopen vrijdag organiseerde de school waar ik werk een sponsorloop en een minitriatlon. Ik deed niet mee. Ik was post. De sponsorlopers moesten een uur lopen. De triatleten zwommen 500 meter, fietsten 25 kilometer en eindigden met 5 kilometer hardlopen. De zon scheen en de temperatuur was hoog. Vele sponsorlopers en triatleten hadden het zwaar. Toch had ik niet met hen te doen. Het was hun keuze om zich zo lichamelijk uit te putten. Niemand dwong hen. Vanuit mijn tuinstoeltje zag ik hen tobben, zwoegen en ploeteren en ik moest denken aan Midas Dekkers die het zo treffend verwoordt in Lichamelijke opvoeding: ‘Sport zet geen zoden aan de dijk. Van de Griekse wijsgeren is de moderne mens heel wat rijker geworden, van de Griekse sporters heeft niemand, duizend jaar zweet en ambitie ten spijt, ook maar één vezel meer in zijn spieren meegekregen. Voor een mens is het wel aardig om sportkampioen te worden, de mensheid schiet er geen fluit mee op. Sport beklijft niet. Daarom begint de natuur er ook niet aan. Een leeuw die aan sport doet, begaat biologisch een doodzonde. Hij verspilt de energie die hij met zoveel moeite uit zijn eten heeft gehaald.’
13 juni 2010
Ik weet nu alles van biologische tuinbouw. Vandaag was ik op de open dag van boerderij Doelwijck in Zuidzijde: tussen Klaaswaal en Piershil. Met een tractor gingen we het veld in en de boer legde van alles uit. Op een perceel werd nu gras-klaver verbouwd. Gras-klaver bindt stikstof uit de lucht. Zo wordt de grond gevoed, maar ook zorgt de klaver voor het herstel van de bodem. Op de andere percelen werden uien, peen, aardappels en knolselderij verbouwd. Het was leuk om te zien en te horen hoe gewassen zonder kunstmest en bestrijdingsmiddelen groeien. In de schuur heb ik na afloop van alles geproefd. Tomaten, ananas, perensap. Erg lekker allemaal. Mijn zoon was niet weg te slaan bij een machine die onkruid uit de grond haalt. ‘Die wordt later boer. Bioboer,’ zei iemand die biologische appel- en perensap verkocht.
Wie weet!
9 juni 2010
In mijn leslokaal staan zestien computers, de scores van het eindexamen verstuur ik digitaal naar het Cito en ik mail met collega’s over toetsen: onze wereld digitaliseert en dat is een logische stap. In verkiezingstijd is het anders. Vanmorgen heb ik met een potlood één hokje rood ingekleurd. In alle stemlokalen moet met papier en potlood gestemd worden om de privacy te waarborgen. Niet in stemlokaal ‘Tex Mex’ in Spijkenisse. Daar moest ook wel met het rode potlood gestemd worden, maar de privacy was ver te zoeken. De drie stemhokjes stonden recht tegenover de aanmeldtafel. Wie mij kent, weet dat ik niet breedgeschouderd ben. Een scherpe observeerder had best kunnen zien aan welke zijde van het stembiljet ik een vakje inkleurde. Niet dat het erg is, maar het argument van privacy ging in mijn stemlokaal niet op. Eigenlijk had er een gordijn moeten hangen. Spannend en privé. Enfin, ik heb mijn taak volbracht. Groot voordeel is dat na vandaag die eindeloze debatten en politiekgetinte interviews op televisie ophouden. Mensen spreken over Balkenende-moeheid; ik ben debatmoe. Zelfs vanmorgen zag ik Mark Rutte nog op televisie bij Goedemorgen Nederland. Ik had gehoopt dat Freek de Jonge met zijn conference het politieke circus gisteren had afgesloten. Helaas. Hij zou zeggen: dat is ijdele hoop tegenover Neerlands hoop.
1 juni 2010
‘Mevrouw, wilt u meedoen met een kniepeesreflextest?’
Twee leerlingen kwamen afgelopen vrijdag naar me toe. Alleen al om het onmogelijke woord zegde ik direct toe. De test vond vanmiddag plaats in de biologievleugel van de school waar ik werk. Ik wachtte keurig op mijn beurt. Een leerlinge uit 5 vwo was voor me. Nadat haar been goed geplaatst was en de computer aangaf dat alles in orde was, kwam de hamer tevoorschijn. Bij de eerste slag schoot het been omhoog. Makkie! Zou ik ook zo snel reageren? Ik hoopte van wel en gretig nam ik plaats op de al voorverwarmde stoel. Bij de eerste hamerslag gebeurde er echter niets. Mijn been bewoog geen millimeter. Na vijftien slagen greep de technisch onderwijsassistent in. Met een ferm gebaar nam hij de hamer over, maar ook zijn slagen hadden geen effect.
‘Ga maar weer weg,’ zei hij. ‘We hebben niets aan je.’
‘Ho!’ zei ik. ‘Heb ik dan geen kniepeesreflex?’
‘Nee, waarschijnlijk niet,’ antwoordden de leerlingen in koor.
‘Ja, maar… eh… wat is daarvan dan de oorzaak?’
Helaas konden ze me dat niet vertellen. Eén leerling mompelde nog wel iets over een hernia. De andere opperde dat de zenuw die informatie naar de hersenen stuurt misschien stuk is.
‘Ach,’ zei ik, ‘het geeft niet. Ik heb ook al geen polsslag.’
‘Dat kan helemaal niet,’ merkte de technisch onderwijsassistent op en hij greep direct mijn pols beet. Hij voelde, kneep en betastte bijkans mijn hele arm, maar een polsslag voelde hij niet.
‘Geen kniepeesreflex en geen polsslag,’ zei ik. ‘En nu?’
‘Ik kan je slechts één advies geven,’ zei hij. ‘Doe nooit meer mee met toekomstige biologietesten.’
En daar doe ik het maar mee.
26 mei 2010
Voor Sinterklaas kreeg mijn zoon een graafmachine. Dat was een goede keus, want hij speelt er heel veel mee. Het voorwerp moet zelfs overal mee naar toe. De graafmachine kent alle paden van de supermarkt. In de tuin heeft het al menige hoop aarde opgegraven. Gaan we een stukje fietsen, dan moet de graafmachine mee. We kunnen nooit op visite zonder graafmachine. Zelfs in huis verkast het voertuig mee naar de kamers waar mijn zoon heen gaat. Als hij gaat slapen, staat het voorwerp dus naast zijn bed te wachten tot het de volgende ochtend weer in actie mag komen. Toen ik vanavond na mijn bad ging kijken of mijn zoon lekker lag te slapen, wist ik niet wat ik zag. De graafmachine lag in bed in plaats van er naast! Mijn slapende zoon lag er tegenaan, ongetwijfeld dromend van hydraulische armen, rupsbanden, greppels en kuilen. Grote en kleine beer waren nog net niet het bed uitgekiept, maar ze hadden er wel degelijk een knuffelconcurrent bij. Voorzichtig heb ik de machine weer terug op de grond gezet. Per slot van rekening is het een bouwvoertuig dat hoort te staan of te rijden op een vloer. Hoe verknocht je er ook aan bent.
20 mei 2010
Alles voor de kiezer! Dit moet demissionair minister Maxime Verhagen gedacht hebben in deze spannende tijden voor de Tweede Kamer verkiezingen van 9 juni. Ik kwam hem vandaag tegen te midden van bijna alleen maar vrouwen op de Libelle Zomerweek aan het strand in Almere. Maxime Verhagen werd weliswaar geïnterviewd, maar hij liep ook gezellig rond tussen de stands waar je kleding kon passen, boeken kon kopen en vooral veel nieuwe voedingswaren kon proeven. Zo kreeg een daagje pure ontspanning ineens een politiek tintje. Ik vraag me wel af of er volgend jaar weer politici op de Zomerweek te vinden zijn, wanneer er geen verkiezingen voor de deur staan.
10 mei 2010
Het is nu 13.00 uur en volgens het snelste tijdschema dendert het peloton van de Giro d’Italia over 23 minuten uit Hoogvliet de Spijkenissebrug af om te koersen over het asfalt van Spijkenisse. Hoe graag stond ik bij de bocht Groenekruisweg - Schenkelweg om de longen uit mijn lijf te schreeuwen en de renners ‘buono fortuna’ te wensen. Twee dagen geleden lakte ik mijn nagels al roze, legde ik een roze maillot klaar, diepte ik uit de kast een knalroze sjaal op, kocht ik roze lippenstift en verkende ik het parcours in Spijkenisse om een strategische fanplek te vinden. Alles voor niets. Ik heb een fikse keelontsteking en de kuur die ik heb, slaat nog niet echt aan. In plaats van de longen uit mijn lijf te schreeuwen langs de route durf ik nu nauwelijks te hoesten, omdat dat aanvoelt alsof een peloton wielrenners in een massasprint richting finishlijn spurt. Elke slikbeweging doet zeer en het is heel onverstandig om naar buiten te gaan. Het is jammer, want ik had de renners graag door mijn woonplaats zien koersen. Erbij zijn is altijd leuker dan kijken naar de beelden op televisie. In juli krijg ik een herkansing met de start van de Tour de France in Rotterdam. Als ik eerlijk ben, moet ik bekennen dat de Giro mij vele malen minder doet dan de Tour de France. De Tour is voor mij de wedstrijd der wedstrijden. Het is jammer dat ik als opwarmertje voor juli vandaag de renners van de Giro niet kan aanmoedigen, maar het doet geen pijn… hooguit keelpijn.
6 mei 2010
‘Op last van de politie deze ruimte niet betreden i.v.m. sporenonderzoek.’ Mijn bezoek aan het Amsterdams Historisch Museum begon spannend. Een deel van de voormalige meisjesbinnenplaats was met een rood/wit lint afgezet en iemand was de sponningen van een ingeslagen raam aan het kwasten. Mijn fantasie werd direct geprikkeld. Wat zou er gebeurd zijn? Rook ik hier een nieuw verhaal? Wie weet.
Ik bezocht het museum echter in verband met mijn nieuwe canonboek over de Amsterdamse grachtengordel. Dat boek speelt in 1638. Vanaf 1579 zat in het voormalig Sint Lucienklooster aan de Sint Luciensteeg 27 het Burgerweeshuis. Dit weeshuis speelt een rol in mijn verhaal. Sinds 1975 huisvest het Amsterdams Historisch Museum in het pand. Ik bekeek met veel aandacht de mooie schilderijen die een goede indruk gaven van het leven in de Gouden Eeuw en nam ook het interieur en het gebouw goed in me op.
Wie denkt dat mijn dag in Amsterdam uit alleen maar ontspanning bestond, heeft het mis. In de bibliotheek van het museum heb ik enige tijd doorgebracht om meer te weten te komen over het Burgerweeshuis. Ik las, maakte aantekeningen en liet kopieën maken. Ik ontdekte in die stapel boeken iets wat totaal in strijd was met mijn verhaallijn. Help! Gelukkig was aan het begin van die ochtend mijn fantasie geprikkeld zodat ik direct een oplossing voor me zag voor het net ontdekte probleem. Waar een sporenonderzoek al niet goed voor is!
30 april 2010
Koninginnedag is voor mij altijd een feestelijke dag. Allereerst is mijn vader jarig. Hij wordt 70 jaar. Van harte! Verder geniet ik altijd enorm van de Hollandse gezelligheid: Google die het logo aangepast heeft, de kinderen die op kleden hun speelgoed verkopen, de vlaggen in de straten, de spelletjes op het Marktplein, de optredens, de oranjetompouce die net iets lekkerder smaakt dan de traditionele roze variant en de vrolijk uitgedoste mensen op straat. Uiteraard draag ik vandaag weer mijn oranje string: mèt gouden kroontje. Ooit gekocht bij Hunkemöller toen Willem-Alexander en Maxima trouwden. Koninklijke lingerie. Laat de dag maar beginnen. Ik heb er zin in!
18 april 2010
Binnenkort houdt een leerling uit 4 havo een mondeling betoog over de Dance Parade. Een interessant en actueel onderwerp. De overheid wil deze parade niet toestaan na de ervaringen bij het strandfeest in Hoek van Holland. De leerling wil dat de Dance Parade weer wordt toegestaan. Ik ben benieuwd naar zijn argumentatie. Zelf ben ik meer van de Pinguïn Parade. Ruim twee weken geleden bezocht ik de dierentuin van Edinburgh. Om kwart over twee werd het hok van de pinguïns geopend. De dieren die er zin in hadden, konden een parcours door de dierentuin aflopen. Voor en achter de pinguïns liepen oppassers van het park. Langs de kant stonden achter gele lijnen alle bezoekers. Een stuk of twaalf pinguïns van de ruim 200 die er in Edinburgh zijn, hadden zin in de parade en liepen parmantig hun rondje. Geen gezeur, geen ME die moest optreden, geen gevechten, geen doden en gewonden. Als ik de overheid was, koos ik voor een Pinguïn Parade.
8 april 2010
Bollywoodfilmfragmenten, Indiase danseressen, een slangenbezweerder: dat waren de ingrediënten van de boekpresentatie van Mama Tandoori van Ernest van der Kwast vanavond in Lantaren/Venster in Rotterdam. Iedere gast kreeg bij binnenkomst een rode stip op zijn of haar voorhoofd. Wat betekent die stip eigenlijk? vroegen mijn man en ik ons af. Had het met het geloof te maken? Was het om duidelijk te maken dat je single was? Dat laatste dacht mijn man. We besloten het thuis op te zoeken. Google maakte ons niet veel wijzer. Dat de stip tikka of kumkum genoemd werd, daar waren de verschillende bronnen het over eens. Maar over de betekenis achter de stip waren de meningen nogal verdeeld. Het zou bescherming bieden. Het zou het boze oog verjagen. Het zou zijn voor getrouwde vrouwen of moeders. Het zou mode zijn. Het zou altijd iets religieus betekenen. Ik denk dat het vooral met literatuur te maken heeft. En met goede boeken. Zoals Mama Tandoori. Ik ga er morgen in beginnen. Zonder stip. Als iedereen dat doet, komt het boek snel de top tien binnen. Met stip.
6 april 2010
Een plakje ontbijtkoek met een beetje halvarine, een glaasje Optimeldrink en een flinke mok rooibosthee: van zo’n ontbijt kan ik enorm genieten. De afgelopen dagen logeerde ik in het Frederick Hotel in Edinburgh. Het ontbijt werd geserveerd in Café Rouge tegenover het hotel. Ik kon kiezen uit veertien soorten ontbijt waaronder een echt traditoneel English breakfast met toost, boter, roerei, spek, tomaat en gebakken aardappeltjes. Uiteraard nam ik dat ook een keer. Hoewel ik geen mijnwerker ben en niet leef ten tijde van de Industriële Revolutie kon ik best een bodem leggen voor de dag. Het bussennetwerk in Edinburgh is goed, maar je loopt tijdens een stedentrip toch altijd een hoop. Alleen al de klim naar het kasteel van Edinburgh, bovenop de Castle Rock, rechtvaardigde dit calorierijke ontbijt. Toch waren mijn inspanningen niet groot genoeg om ook de andere Britse lekkernijen te verbranden: de heerlijke scones, het flinke stuk cheesecake, de fish and chips en de vele stukken fudge. De vakantie duurde echter niet eeuwig en voor de lijn was dat maar goed ook. Het is weer tijd voor mijn eigen ontbijt: Hollands, lekker en caloriearm.
5 april 2010
Mijn reis naar Edinburgh begon afgelopen donderdag (1 april) grappig. De gezagsvoerder wenste iedereen een goede reis naar Glasgow toe. De meeste mensen om mij heen keken vreemd op. Glasgow? We gaan toch naar Edinburgh? Edinburgh is vast een tussenstop, dacht mijn man. Hoog in de lucht gaf de gezagsvoerder toe dat er sprake was van een 1-aprilgrap. ‘U kunt er vanzelfsprekend op rekenen dat we ons werk verder heel serieus nemen,’ voegde hij er aan toe.
De avond voor vertrek was ik nog geschrokken van journaalbeelden over hevige sneeuwbuien in Edinburgh en besloot ik geen leren laarsjes mee te nemen, maar een paar stevige stappers. Ook gingen er nog snel een paar warme truien en poncho’s in de koffer. Het kon bij aankomst wel eens bar en boos zijn in Schotland. Niets van dat alles. Het was koud, maar droog en zonnig. Het kasteel van Edinburgh en de andere prachtige gebouwen schitterden in de zon. Wie zegt dat het altijd slecht weer is in Schotland? Die moet een grap maken!
31 maart 2010
Mijn zoon had zin in een picknick. Buiten was het koud, nat en winderig, maar kinderen zijn creatief. Op de keukenvloer bouwde hij een picknick. Van een handdoek maakte hij een picknickkleed. Uit zijn laatje met plastic en houten keukenspulletjes haalde hij plastic bekertjes en bestek. Toen het lunchtijd was, moest ik de boterhammen, het fruit, de yoghurt en de rauwkost op de door hem gecreëerde picknickplaats zetten. En zo kwam het dat ik om half één in mijn eigen keuken zat te picknicken. Met mijn kont op de harde vloer. Buigend over een kommetje yoghurt. En het was nog gezellig ook!
17 maart 2010
Mijn zoontje van drie had het erg naar zijn zin op de kinderboerderij en babbelde honderduit tegen de dieren. De ganzen gakten, de varkens knorden, de geiten mekkerden, maar de koe reageerde niet op zijn verhalen. Het beest keek niet op of om en zei niet eens Boe. Hoe hard mijn zoontje ook riep. Flauw.
6 maart 2010
Schrijfster, docente, echtgenote, moeder: dat ben ik allemaal. Vanmiddag speelde ik een andere rol: die van inspirator. Samen met negen anderen was ik uitgenodigd in het Pomphuys in Hellevoetsluis om tijdens een high tea verhalen te vertellen. Hoe beleef ik mijn leefomgeving? Voel ik me verbonden met mijn woonplaats? Waar zou ik niet zonder kunnen? Regisseur Bart van Rosmalen en scenarioschrijver Rick Steggerda luisterden aandachtig. Zij gaan de verhalen gebruiken als input voor het maken van een 40 minuten durende film over de Zuid-Hollandse eilanden.
Het was een hele gezellige middag met veel inspirerende mensen. Ik had geen moment het idee dat ik bezig was om creatieve denkprocessen in gang te zetten, terwijl dat wel het geval was. Ik heb zoveel interessante verhalen gehoord en beelden voor me gezien. Mijn hoofd zit vol. En dan heb ik maar één sessie bijgewoond. Bart en Rick hadden gisteravond gesprekken met 16- tot 20-jarigen en vanmorgen met mensen van 55 jaar en ouder. Ik wens de filmmakers veel succes: het lijkt me erg moeilijk om uit alle verhalen één scenario te maken. Cineast Rolf van Eijk (winnaar HKU Award) zal het verhaal in juni en juli verfilmen. Op 2 oktober is de première. Daarna zal de film vertoond worden in de locale filmtheaters en/of op andere locaties.
5 maart 2010
Boekhandel Edel in Spijkenisse heeft een aantal exemplaren van mijn boeken op voorraad. Ze staan in de kast. Alleen de rug is dus zichtbaar. Wie in de winkel rondkijkt, ziet mijn boek niet. Ieders blik wordt getrokken naar de boeken die op standaardjes staan: prominent zichtbaar. Alsof ze roepen en smeken om verkocht te worden. Op de toonbank bij de kassa liggen ook niet te vermijden stapels met boeken. Andere boeken. Vast ook goede boeken, maar niet die van mij.
Vandaag gaf Simone van der Vlugt drie gastlessen in 5 vwo op de school waar ik werk. Ze bekende dat ze af en toe nog wel eens boeken van zichzelf op opvallende plaatsen legt als zij een boekhandel bezoekt. ‘In sommige stationswinkels liggen mijn boeken toch nog wel eens op een onopvallende plek. Dan schuif ik wat met de stapels of leg ik enkele exemplaren op standaardjes. Het is geweldig om je eigen boeken op prominente plekken in een boekhandel te zien. Dat schuiven doet elke schrijver.’ Echt? Ik durfde dat nooit. Maar nu ik weet dat Simone het doet, vind ik dat ik niet kan achterblijven. Binnenkort ga ik ook schuiven. Mijn boeken mogen gezien worden. En verkocht!
12 februari 2010
Vandaag was op de school waar ik werk weer de traditionele rozenuitdeelactie met het oog op Valentijnsdag. Leerlingen konden vooraf een roos bestellen voor hun geliefde. Vandaag gingen de leden van de buitenroosteractiviteitencommissie alle klassen af om de rozen uit te delen. Voor mij hadden ze een speciaal pakje dat ze mij in opdracht moesten overhandigen. Een beetje nerveus maakte ik het open. Een pakje? Van wie? Was dit geen grap? In de envelop zat een plexiglasplaatje waar een roos uitgezaagd was. Het plaatje was op een standaardje gezet. Een heel precies klusje. Mijn man was uiteraard verantwoordelijk voor deze actie. Niemand kan zo netjes zagen als hij. Een lief gebaar. En dat op 12 februari. Ik kijk nu al uit naar zondag!